Vakantie is bij ons ongeveer hét event van het jaar. Soms gaan we niet, maar dan tóch weer wel. Soms vertrekken we spontaan eerder, omdat één van ons (lees: Martijn of ik) ineens vindt dat dat een goed idee is. Tijl moet zich daar maar aan aanpassen. Gelukkig doet hij dat al zestien jaar met verrassend veel geduld. Kind van z’n ouders.
En als je mij een beetje kent, dan weet je dat ik best heel flexibel ben… maar dat ik ook over een stevige collectie neuroses beschik. Controle. Scenario-denken. En op z’n tijd een hysterische uitspatting waarvan ik mezelf later afvraag hoe het eruit moet hebben gezien voor de buitenwereld. Niks ernstigs, wel vermakelijk. Hier komen ze. Vijf vakantieverhalen waar nog regelmatig over gesproken wordt.